[SPG]
Huidig Huishoudelijk Reglement
SPG
index
Huidige versies
Statuten
Huishoudelijk Reglement
Sociëteitsreglement
Tussentijdse concept versies
Statuten
concept versie 0.12
concept versie 0.13
concept versie 1.01
concept versie 1.02
concept versie 1.03
concept versie 1.04
concept versie 1.05
concept versie 1.06
concept versie 1.07
concept versie 1.08
concept versie 1.09
concept versie 1.10
concept versie 2.00
concept versie 2.01
Huishoudelijk Reglement
concept versie 0.09
concept versie 0.10
concept versie 0.11
concept versie 0.12
concept versie 0.13
concept versie 0.14
concept versie 0.15
concept versie 0.16
concept versie 0.17
concept versie 0.18
concept versie 1.00
concept versie 1.01
concept versie 1.02
concept versie 1.03
concept versie 2.00
concept versie 2.01
concept versie 2.02
Sociëteitsreglement
concept versie 0.10
concept versie 0.12
concept versie 0.13
concept versie 0.14
concept versie 0.15
concept versie 1.00
concept versie 1.01
concept versie 1.02
concept versie 1.03
Oude versies
Statuten
Huishoudelijk Reglement
Sociëteitsreglement
Overig
verenigingswet
Printbaar
pdf
1 Algemene bepalingen

1.1. Begripsbepaling

In dit huishoudelijk reglement wordt verstaan onder:
a. de vereniging: de vereniging, genaamd "Open Jongeren Vereniging De Koornbeurs", gevestigd te Delft;
b. leden: de leden van de vereniging;
c. kennismakers: zij, die volgens de statuten en het huishoudelijk reglement in aanmerking zouden komen voor het lidmaatschap en zich als zodanig hebben aangemeld bij de kennismakingscommissie;
d. bestuur: het bestuur van de vereniging;
e. doelstelling: het doel van de vereniging, alsmede de uitleg daaraan gegeven op de daarvoor bestemde ledenvergadering, met inachtneming van artikel 4.4.4;
f. beleid: het weloverwogen, gericht op de doelstelling, op gang brengen en sturen van processen en activiteiten, met inachtneming van effecten op zowel lange als korte termijn;
g. openbaarheid: het toegankelijk zijn voor alle leden van op papier gestelde informatie, alsmede van vergaderingen of de agenda, tijd, plaats en het verslag hiervan, ofwel een combinatie van deze.

1.2 Functioneren in het algemeen

1.2.1 De vereniging dient als geheel te functioneren.

1.2.2 De vereniging streeft naar een optimale participatie van alle leden bij de beleidsvorming en bevordert de verspreiding van voor de beleidsvorming en de beleidsuitvoering relevante informatie.

1.2.3 Taken, bevoegdheden, werkwijze en activiteiten van alle personen en organen, binnen de vereniging werkzaam, dienen intern duidelijk (her)kenbaar te zijn.

1.2.4 De vereniging streeft naar een duidelijke overleg- en coördinatiestructuur.

1.2.5 De uitwerking van de doelstelling en het beleid worden mede bepaald op basis van een regelmatige evaluatie van beide.

1.2.6 Openbaarheid met betrekking tot alle organen binnen de vereniging dient de normale toestand te zijn.

2 Leden

2.1 Lidmaatschap

2.1.1 De vereniging kent uitsluitend gewone leden.

2.1.2 Leden kunnen slechts zijn zij, die bereid zijn mee te werken aan de verwezenlijking van het doel van de vereniging.

2.1.3 Aan de installatie tot lid gaat een kennismaking vooraf, welke wordt geregeld en begeleid door de kennismakingscommissie, zo mogelijk in overleg met de kennismakers.

2.1.4 Uiterlijk drie maanden en minimaal één maand na de aanvang van de kennismaking, draagt de kennismakingscommissie, na overleg met de kennismakers, deze kennismakers al dan niet voor aan de ledenvergadering ter installatie tot lid. De voordracht aan de ledenvergadering gaat gepaard met een schriftelijke aanmelding van de kennismakers bij het bestuur. De kennismakingscommissie draagt hiervoor zorg.

2.1.5 De kennismakingscommissie maakt tenminste zeven dagen voor de dag waarop de ledenvergadering beslist over de voordracht, de namen van de voor te dragen kennismakers aan de vereniging bekend. Gefundeerde bezwaren tegen de voordracht, berustend op wangedrag van de kennismaker of gemotiveerd vanuit het doel van de vereniging, dienen tenminste drie dagen voor de dag, waarop de ledenvergadering over de voordracht beslist, bij de kennismakingscommissie te worden ingediend. De kennismakingscommissie bespreekt de bezwaren met de betrokkenen. Deze bezwaren worden aan de ledenvergadering bekend gemaakt, waarna de ledenvergadering bij meerderheid beslist over de toelating tot het lidmaatschap. Indien aan de kennismakingscommissie geen of niet tijdig bezwaren kenbaar worden gemaakt, dan wordt door de ledenvergadering aan de voorgedragenen het lidmaatschap verleend.

2.1.6 Besluit de kennismakingscommissie een kennismaker niet voor te dragen aan de ledenvergadering als lid, dan maakt zij dit besluit en de motivatie ervan, uiterlijk drie maanden na aanvang van de kennismaking, bekend aan de ledenvergadering. Eventueel kunnen minimaal vijf leden zelf de voordracht doen. De volgende ledenvergadering beslist dan bij meerderheid over de toelating tot het lidmaatschap.

2.1.7 Men wordt door de voorzitter van de vereniging tot lid geïnstalleerd direct na ondertekening van het authentiek exemplaar van de statuten.

2.1.8 Men houdt op lid te zijn:
a. door overlijden;
b. wanneer men als lid bedankt, hetgeen alleen schriftelijk bij het bestuur kan geschieden;
c. wanneer men krachtens besluit van de ledenvergadering of, in geval van wanbetaling, zoals omschreven in artikel 5.2.14, door het bestuur van het lidmaatschap vervallen wordt verklaard.
Vervallenverklaring krachtens besluit van de ledenvergadering kan slechts geschieden in een ledenvergadering, waarin tenminste drie/vierde van het aantal stemgerechtigde leden aanwezig is, met twee/derde van de geldige stemmen, dit met inachtneming van het bepaalde in artikel 13 van de statuten.

2.2 Rechten van leden

2.2.1 De leden hebben actief en passief kiesrecht in de ledenvergadering.

2.2.2 Leden hebben stemrecht, met inachtneming van het bepaalde in artikel 2.4.2.

2.2.3 De leden kunnen het initiatief nemen tot het houden van ledenvergaderingen, zoals omschreven in de artikelen 4.1.5 en 4.1.6.

2.2.4 De leden hebben recht op toezending van het verenigingsblad en uitnodigingen met de voorlopige agenda voor de ledenvergaderingen.

2.2.5 De leden hebben recht op het inzien en zo mogelijk verkrijgen van alle op schrift gestelde informatie aangaande de vereniging, die bij het bestuur en de commissies aanwezig is, met inachtneming van het bepaalde in de artikelen 4.4.8 en 5.2.15.

2.2.6 De leden hebben het recht van voordracht voor alle te vervullen functies.

2.2.7 De leden hebben het recht van toegang tot het verenigingsgebouw op de daarvoor vastgestelde tijden, zoals geregeld in de artikelen 2.1, 2.2 en 3.5 van het sociëteitsreglement.

2.2.8 De leden hebben het recht op het genieten van alle faciliteiten die de vereniging biedt, tenzij de ledenvergadering anders besluit.

2.3 Plichten van leden

2.3.1 Ieder lid werkt actief mee aan de verwezenlijking van de doelstelling.

2.3.2 Ieder lid is desgevraagd door het bestuur verplicht bepaalde handelingen betreffende de vereniging te motiveren tegenover het bestuur.

2.3.3 Ieder lid is verplicht van adreswijziging onmiddellijk schriftelijk kennis te geven aan de secretaris.

2.3.4 Ieder lid is verplicht zijn contributie te betalen, met inachtneming van het bepaalde in artikel 5.2.15.

2.3.5 Ieder lid dient een exemplaar van de statuten, huishoudelijk reglement en sociëteitsreglement te hebben.

2.4 Sancties tegen leden

2.4.1 Indien een lid zich niet houdt aan zijn plicht(en) of zich schuldig maakt aan wangedrag, kunnen er maatregelen tegen hem genomen worden.

2.4.2 Het bestuur kan leden schorsen, dat wil zeggen tijdelijk van alle rechten van het lidmaatschap uitsluiten, met uitzondering van de rechten genoemd in artikel 2.2.4 en 2.4.7.
Redenen van schorsing kunnen zijn:
a. het als verenigingslid op ernstige wijze in strijd komen met het doel van de vereniging;
b. wangedrag;
c. wanbetaling.
Geschorste leden worden schriftelijk van dit besluit op de hoogte gesteld.

2.4.3 Het bestuur is verplicht, voor zover het andere gevallen dan die van wanbetaling betreft, op de volgende ledenvergadering de schorsing ter tafel te brengen. Dit punt moet op de uitnodigingen worden vermeld. De ledenvergadering, te houden binnen 14 dagen na ingang van de schorsing, kan:
a. de schorsing nietig verklaren;
b. de schorsing verkorten;
c. de schorsing verlengen tot ten hoogste de totale termijn van één jaar;
d. tot royement overgaan.
Het besluit onder d. genoemd, wordt genomen overeenkomstig artikelen 5.d van de statuten. De overige besluiten geschieden bij meerderheid van stemmen.

2.4.4 Onverminderd het bepaalde in artikel 2.4.5 geldt dat directe of indirecte financiële schade door acties gepleegd door individuele leden, volledig ten laste komt van deze leden.

2.4.5 Overige maatregelen worden bepaald door de ledenvergadering of door het bestuur, indien dit hiertoe door de ledenvergadering gemachtigd is. Voordat wordt overgegaan tot het nemen van maatregelen pleegt het bestuur overleg met de betrokkene(n).

2.4.6 Een met redenen omkleed voorstel tot maatregelen tegen een bepaald lid kan door tenminste vijf stemhebbende leden worden ingediend. Dit dient schriftelijk te geschieden bij het bestuur. De eerstvolgende ledenvergadering beslist over dit voorstel.

2.4.7 Ieder lid heeft het recht aanwezig te zijn op de ledenvergadering, waarop de tegen hem te nemen maatregelen behandeld worden. Hij wordt voor deze ledenvergadering speciaal schriftelijk uitgenodigd. Op deze ledenvergadering mag hij zich tegen de te nemen maatregelen mondeling en/of schriftelijk te weer stellen.

3 Kennismakers

3.1 Kennismakerschap

3.1.1 Onder kennismakers wordt verstaan: zij, die volgens de statuten en huishoudelijk reglement in aanmerking zouden komen voor het lidmaatschap en zich als zodanig hebben aangemeld bij de kennismakingscommissie.

3.1.2 De kennismakingscommissie maakt de namen van de kennismakers kenbaar aan de vereniging.

3.2 Rechten van de kennismakers

3.2.1 De kennismakers hebben recht op toezending van het verenigingsblad en uitnodigingen met de voorlopige agenda voor de ledenvergadering.

3.2.2 De kennismakers hebben het recht op het inzien en zo mogelijk verkrijgen van alle op schrift gestelde informatie aangaande de vereniging, die bij het bestuur en de commissies aanwezig is/berust, met inachtneming van het bepaalde in de artikelen 4.4.8 en 5.2.15.

3.2.3 De kennismakers hebben het recht van toegang tot het verenigingsgebouw op de daarvoor vastgestelde tijden, zoals geregeld in de artikelen 2.1, 2.2 en 3.5 van het sociëteitsreglement.

3.2.4 De kennismakers hebben het recht op het genieten van alle faciliteiten die de vereniging biedt, tenzij de ledenvergadering anders besluit.

3.3 Plichten van de kennismakers

3.3.1 Iedere kennismaker is verplicht de in artikel 5.2.7 genoemde vergoeding te betalen.

3.3.2 Iedere kennismaker is verplicht, van adreswijziging onmiddellijk schriftelijk kennis te geven aan de secretaris.

3.4 Sancties tegen kennismakers

3.4.1 Indien een kennismaker zich niet houdt aan zijn plicht(en) of zich schuldig maakt aan wangedrag, kunnen er maatregelen tegen hem genomen worden.

3.4.2 Het bestuur kan, zo mogelijk in overleg met de kennismakingscommissie, iemands kennismakerschap met onmiddellijke ingang beëindigen. De betreffende kennismaker wordt hiervan schriftelijk op de hoogte gesteld. Zo één besluit wordt zo snel mogelijk, met motivatie, aan de vereniging bekend gemaakt. Indien tenminste vijf leden tegen deze beslissing beroep aantekenen beslist de eerstvolgende ledenvergadering over de nietigverklaring van dit besluit.

3.4.3 Overige maatregelen worden bepaald door de ledenvergadering of door het bestuur, indien dit hiertoe door de ledenvergadering gemachtigd is. Voordat wordt overgegaan tot het nemen van maatregelen pleegt het bestuur overleg met de betrokkene(n).

4 Structuur

4.1 Ledenvergadering

4.1.1 De ledenvergadering is de vergadering van de leden. Niet-leden kunnen met toestemming van het bestuur worden geïntroduceerd.

4.1.2 De ledenvergadering is het hoogst besluitvormend orgaan van de vereniging; zij heeft onder meer als taak:
a. het vaststellen van het beleid van de vereniging;
b. het beslissen over de toelating tot het lidmaatschap;
c. het vaststellen van de begroting en de contributies;
d. het kiezen van de leden van het bestuur en de verenigingscommissies;
e. zo nodig het instellen en opheffen van verenigingscommissies, die niet bij naam genoemd zijn in het huishoudelijk reglement;
f. het zo nodig ter verantwoording roepen van het bestuur, de verenigingscommissies en de leden ervan;
g. zo nodig overgaan tot royement, schorsing of andere maatregelen tegen leden.

4.1.3 De leiding van de ledenvergadering berust bij de voorzitter van het bestuur. Hij dient de orde te handhaven. Hij heeft het recht om gedurende de ledenvergadering maatregelen te nemen tegen hen, die de orde verstoren.

4.1.4 De secretaris van het bestuur heeft met betrekking tot de ledenvergadering als taak:
a. het notuleren van de vergadering;
b. het opstellen van de besluitenlijst, die met de eerstvolgende postzending na de ledenvergadering bekend wordt gemaakt aan de vereniging;
c. het ter tekening voorleggen van een presentielijst op de ledenvergadering.

4.1.5 De ledenvergadering komt bijeen:
a. minstens twee maal per jaar;
b. wanneer het bestuur dit nodig acht;
c. op schriftelijk verzoek van tenminste één/tiende van het aantal leden of tenminste vijfentwintig leden aan het bestuur met opgave van hetgeen, waarvan behandeling wordt gewenst;
d. op verzoek van de financiële commissie aan het bestuur;
e. op verzoek van Stichting Eettafel de Koornbeurs aan het bestuur;
f. op verzoek van Stichting Onderhoud van de Koornbeurs aan het bestuur.

4.1.6 De datum, tijd en plaats, waarop de ledenvergadering bijeenkomt worden bepaald door het bestuur. In de gevallen genoemd onder artikel 4.1.5 lid c. en d. is het bestuur verplicht een vergadering uit te schrijven die wordt gehouden binnen veertien dagen na ontvangst van genoemd verzoek.

4.1.7 Tenminste zeven dagen voor de dag waarop de ledenvergadering bijeenkomt, maakt het bestuur de datum, tijd, plaats en de voorlopige agenda van de vergadering schriftelijk aan de leden bekend, zo mogelijk bovendien ook alle informatie aangaande de te behandelen punten.

4.1.8 Wanneer een verenigingscommissie of vijf of meer leden het bestuur verzoeken een onderwerp op de voorlopige agenda van de ledenvergadering op te voeren wordt door het bestuur de nodige informatie aangaande bedoeld onderwerp aan de eerstvolgende uitnodiging voor een ledenvergadering toegevoegd.

4.1.9 Het bestuur stelt in overleg met eventuele indieners van onderwerpen de voorlopige agenda vast. De ledenvergadering kan van de volgorde afwijken, agendapunten niet in behandeling nemen en andere punten opvoeren, behoudens de volgens artikel 4.1.5 lid c. en d. voorgedragen punten.

4.1.10 Op de agenda van iedere ledenvergadering komen in ieder geval voor:
a. opening;
b. behandeling van de notulen van de vorige vergadering;
c. behandeling van de ingekomen en uitgegane stukken;
d. vaststellen van de agenda;
e. installatie nieuwe leden;
f. samenstelling van commissies;
g. rondvraag;
h. sluiting.

4.1.11 De notulen van een ledenvergadering worden op de daaropvolgende ledenvergadering ter goedkeuring voorgelegd. Voorstellen tot wijzigingen kunnen tijdens de ledenvergadering worden ingediend.

4.1.12 Slechts aanwezige leden kunnen een geldige stem uitbrengen. Onder aanwezigheid wordt verstaan: lijfelijke aanwezigheid en bovendien het getekend hebben van de presentielijst.

4.1.13 Geen aanwezige voert het woord zonder toestemming van de voorzitter van het bestuur. Deze behoeft niet meer dan driemaal over hetzelfde onderwerp aan dezelfde persoon het woord te verlenen en als hij meent, dat de vergadering voldoende is ingelicht, kan hij de discussie sluiten.

4.1.14 Ingediende moties worden onmiddellijk besproken en afgehandeld, wanneer zij door tenminste vijf aanwezige leden zijn ondertekend.

4.1.15 Wanneer de ledenvergadering bijeen is, kunnen geen andere bijeenkomsten van leden plaatsvinden.

4.2 Besluitvorming in ledenvergaderingen

4.2.1 Besluiten kunnen al dan niet in stemming worden genomen, in beide gevallen echter, onverminderd het bepaalde in de artikelen 5, 11, 12, 13 en 14 van de statuten, alleen indien tenminste één/tiende van het aantal leden aanwezig is.

4.2.2 Indien het vereiste aantal leden niet ter vergadering aanwezig is, wordt het nemen van een besluit uitgesteld tot de volgende ledenvergadering, welke al dan niet speciaal hiervoor wordt uitgeschreven. Dan moet bij het desbetreffend onderwerp op de voorlopige agenda worden vermeld dat en waarom een besluit hieromtrent niet kon worden genomen.

4.2.3 Stemming vindt alleen plaats, indien tenminste één van de aanwezige leden dit vraagt. Indien geen der leden stemming vraagt wordt het voorstel geacht te zijn aangenomen.

4.2.4 Over een ter ledenvergadering aan de agenda toegevoegd onderwerp kan slechts een voorlopig besluit worden genomen. Dit voorlopig besluit kan in de volgende ledenvergadering, met inachtneming van het bepaalde in artikel 4.1.7, definitief worden.

4.2.5 Voorstellen worden in stemming gebracht naar orde van indiening; voorzover het één onderwerp betreft naar orde van verste strekking. Amendementen op voorstellen worden behandeld naar orde van verste strekking, dit ter beoordeling van de voorzitter. De voorzitter geeft een argumentatie met betrekking tot de volgorde van verstrekkendheid.

4.2.6 Stemming met betrekking tot zaken geschiedt bij handopsteken, tenzij tenminste één der leden stemming bij hoofdelijke oproeping vraagt.

4.2.7 Stemming met betrekking tot personen geschiedt schriftelijk, door middel van gesloten en ongetekende briefjes.

4.2.8 Onverminderd het bepaalde in artikel 4.2.1 en de artikelen 5, 11, 12, 13 en 14 van de statuten wordt een voorstel geacht direct te zijn aangenomen indien het aantal voorstemmers groter is dan de som van de aantallen tegen- en blancostemmers, respectievelijk direct te zijn verworpen indien het aantal tegenstemmers groter is dan de som van de aantallen voor- en blancostemmers. Bij staking van stemmen wordt het voorstel geacht te zijn verworpen, mits er geen blanco stemmen zijn uitgebracht.

4.2.9 Indien een voorstel noch direct is aangenomen, noch direct is verworpen, volgt er onmiddellijk een tweede stemronde, waarbij de mogelijkheid tot blanco stemmen vervalt. In deze tweede stemronde wordt een voorstel geacht te zijn aangenomen indien het aantal stemmen voor groter is dan het aantal stemmen tegen.

4.2.10 Het bestuur draagt zorg voor het tellen van de stemmen.

4.2.11 Een stemming is ongeldig, wanneer ongeregeldheden zijn geconstateerd, zulks ter beoordeling aan de ledenvergadering, tenzij blijkt, dat de ongeregeldheden geen doorslaggevende invloed op de stemming hebben gehad.

4.3 Verkiezingen

4.3.1 Bij een verkiezing tot lid van het bestuur of een verenigingscommissie wordt de volgende procedure gevolgd:
a. tenminste vier weken voorafgaande aan de ledenvergadering waarop de verkiezing wordt gehouden, maakt het bestuur de te vervullen vacature(s) bekend;
b. kandidaatstelling kan geschieden bij het bestuur tot tien dagen voor de ledenvergadering, waarop de verkiezing gehouden zal worden;
c. de kandidaten moeten, door het bestuur, minstens zeven dagen voor de ledenvergadering bekend worden gemaakt. Het bestuur zendt als regel in overleg met de betrokken kandidaat tegelijk met deze kennisgeving een toelichting omtrent de motivatie van de kandidaatstelling.

4.3.2 Indien er evenveel kandidaten zijn als te vervullen functies wordt de volgende procedure gevolgd:
De kandidaten worden verkozen verklaard als de ledenvergadering geen stemming verlangt. Besluit de ledenvergadering tot stemming, dan wordt per kandidaat schriftelijk gestemd over al dan niet verkiezen. Blanco stemmen en stemonthoudingen tellen niet mee.

4.3.3 Indien er meer kandidaten zijn dan te vervullen functies, dan wordt de volgende procedure gevolgd:
a. ieder aanwezig lid vult op zijn stembriefje zoveel namen van kandidaten als er te vervullen functies zijn. Een stembriefje dat minder namen bevat wordt geacht het complementaire aantal blanco stemmen te bevatten. Een stembriefje waarop meer namen zijn ingevuld, is ongeldig en telt niet mee voor de uitslagbepaling;
b. van die kandidaten die de gewone meerderheid van de stemmen op zich hebben verenigd, wordt steeds de kandidaat met de meeste stemmen verkozen verklaard, tot alle te vervullen functies zijn bezet;
c. indien dit criterium geen uitsluitsel biedt, of na de eerste stemronde nog niet alle functies zijn bezet, wordt een tweede ronde gehouden. Verkiesbaar in deze ronde wordt steeds die kandidaat verklaard die in de meeste stemmen heeft behaald, tot er één kandidaat meer is dan het aantal overblijvende functies;
d. indien bij de selectie uit de kandidaten volgens lid c. blijkt dat enige kandidaten een gelijk aantal stemmen hebben behaald, en in aanmerking zouden komen voor verkiesbaarheid in de tweede stemronde, zijn de betreffende kandidaten alle verkiesbaar;
e. van die kandidaten die in de tweede stemronde de gewone meerderheid op zich hebben verenigd, wordt steeds de kandidaat met de meeste stemmen verkozen verklaard, tot alle functies zijn bezet;
f. biedt dit criterium geen uitsluitsel, dan beslist terstond het lot.

4.4 Bestuur

4.4.1 De leden van het bestuur worden verkozen door de ledenvergadering.

4.4.2 Leden van het bestuur worden verkozen voor een tijdvak van maximaal dertien maanden. Zij kunnen zich opnieuw verkiesbaar stellen. Ontstaat er een vacature door het aftreden van een bestuurslid, dan volgt de procedure vermeld in de artikelen 4.2.7, 4.3.1, 4.3.2 en 4.3.3.

4.4.3 Het bestuur bestaat uit minimaal vijf personen, waaronder een voorzitter, een plaatsvervangend voorzitter, een secretaris en twee penningmeesters.

4.4.4 Het bestuur stelt een voorstel voor het beleid op en stelt dit minimaal één maal per jaar ter discussie op de ledenvergadering.

4.4.5 Het bestuur handhaaft de statuten en het huishoudelijk reglement. Tot zijn werkzaamheden behoren onder andere:
a. het leiding geven aan de vereniging;
b. het coördineren van verenigingscommissies;
c. het signaleren van gebreken in het functioneren van verenigingscommissies en de vereniging en het op een ledenvergadering aan de orde stellen van deze gebreken en meningsverschillen;
d. het uitvoeren van wettige besluiten van de ledenvergadering, voor zover deze op hem betrekking hebben;
e. het behartigen van de belangen van de leden voor zover dat op zijn weg ligt;
f. het stimuleren van activiteiten binnen het kader van de doelstelling;
g. het vertegenwoordigen van de vereniging naar buiten;
h. het behandelen van de lopende verenigingszaken;
i. het beheren van de sociëteit;
j. het zorg dragen voor het onderhoud van de sociëteit.
De vertegenwoordiging kan desgewenst voor een bepaalde gelegenheid aan één of meer leden (ter beoordeling aan het bestuur) worden overgedragen.

4.4.6 De voorzitter heeft de algemene leiding van de vereniging. Hij leidt de ledenvergaderingen en is belast met de handhaving van de orde op de vergaderingen. Hij installeert nieuwe leden.

4.4.7 De plaatsvervangend voorzitter vervangt zo nodig de andere bestuursleden en in het bijzonder de voorzitter.

4.4.8 De secretaris voert de correspondentie. Hij houdt hiervan een afschrift en bewaart de ingekomen stukken. Hij is verantwoordelijk voor het archief van de vereniging. Hij bewaart het authentiek exemplaar van de statuten en het authentiek exemplaar van het huishoudelijk reglement. Hij houdt een naam- en adreslijst bij van leden. Hij moet desgevraagd aan de leden inzage verlenen van de onder hem berustende stukken, met uitzondering van vertrouwelijke informatie.

4.4.9 De penningmeesters zijn belast met het innen en beheren van de gelden van de vereniging en de sociëteit. Zij brengen binnen een tijdvak van maximaal twee maanden na afloop van het boekjaar verslag uit aan de ledenvergadering van de toestand der gelden en in september brengen zij verslag uit over de eerste helft van het boekjaar. Zij moeten aan de financiële commissie en desgevraagd aan de leden van de vereniging inzage verlenen in hun boeken, met uitzondering van het geregelde in artikel 5.2.15. In geval van wanbeheer, te bepalen door de ledenvergadering, zijn zij verplicht in de kas aan te vullen wat door hun schuld ontbreekt en/of is gederfd.

4.4.10 Het bestuur stelt een bestuursbeleid op en stelt dit minimaal éénmaal per jaar ter discussie in de ledenvergadering. Het is over het bestuursbeleid en de uitvoering ervan verantwoording verschuldigd aan de ledenvergadering.

4.4.11 Behoudens in vertrouwelijke gevallen zijn de vergaderingen van het bestuur openbaar.

4.5 Verenigingscommissies

4.5.1 Een verenigingscommissie wordt/is ingesteld door de ledenvergadering ten dienste van de vereniging en is verantwoording verschuldigd aan de ledenvergadering.

4.5.2 Verenigingscommissies welke niet vernoemd worden in het huishoudelijk reglement, worden door de ledenvergadering bij afzonderlijk besluit ingesteld en opgeheven. Het instellingsbesluit regelt tenminste de samenstelling, taakomschrijving, bevoegdheden en werkwijze(n) van de in te stellen verenigingscommissies.

4.5.3 Leden van een verenigingscommissie worden verkozen door de ledenvergadering voor een door de ledenvergadering te bepalen tijdvak.

4.5.4 Verenigingscommissies bestaan uit minimaal drie leden. Hieraan kunnen personen van buiten de vereniging, bijvoorbeeld als deskundige, toegevoegd worden; deze personen hebben geen stemrecht.

4.5.5 Een verenigingscommissie vervult haar taak onder andere door:
a. het voorbereiden van het beleid op haar gebied en het eens per jaar herzien van haar beleid;
b. na vaststelling van haar beleid door de ledenvergadering, het uitvoeren hiervan;
c. het aan de vereniging verslag doen van haar werkwijze.

4.5.6 Behoudens in vertrouwelijke gevallen zijn de vergaderingen van verenigingscommissies openbaar.

4.5.7 Er is een kennismakingscommissie. Onder de leden is in ieder geval één bestuurslid, bij voorkeur de secretaris.
De kennismakingscommissie moet bekendheid geven aan de vereniging, haar doelstellingen en haar activiteiten ten einde de mensen te interesseren als lid te willen meewerken aan de verwezenlijking van het doel van de vereniging.
Zij moet de kennismakers toetsen op hun motivatie en hen wegwijs maken in de vereniging. Zij dient de kennismakers gedurende de eerste tijd na hun installatie tot lid te begeleiden.

4.5.8 Er is een financiële commissie. Deze bestaat uit tenminste de niet meer voor de financiën verantwoordelijke penningmeesters van de laatste twee jaren.
Zij voert een regelmatige controle uit op het financiële beheer. Zij brengt op de ledenvergadering, waarop het verslag van de penningmeesters wordt behandeld, verslag uit van haar werkzaamheden. Zij geeft adviezen aan de penningmeesters en kan de ledenvergadering van advies dienen. Zij kan verzoeken om een ledenvergadering, zoals geregeld in artikel 4.1.5 lid d.

4.5.9 Er is een commissie tot redactie van het verenigingsblad. Zij brengt regelmatig het verenigingsblad uit. In dit blad heeft ieder lid het recht artikelen te doen plaatsen.

4.5.10 Over haar financieel beheer is een verenigingscommissie verantwoording schuldig aan de penningmeesters.

4.6 Bestuurlijke werkgroepen

4.6.1 Er kunnen bestuurlijke werkgroepen zijn. Het bestuur beslist over instelling en samenstelling. Instelling en samenstelling moeten gepubliceerd worden.

4.6.2 Binnen de eigen taakstelling en bevoegdheden worden de taakstelling en bevoegdheden van de bestuurlijke werkgroepen vastgesteld door het bestuur.

4.6.3 Bestuurlijke werkgroepen zijn verantwoording verschuldigd aan het bestuur.

5 Geldmiddelen

5.1 Begrotingen

5.1.1 Het boekjaar loopt van 1 januari tot en met 31 december van hetzelfde jaar.

5.1.2 Jaarlijks stelt de ledenvergadering voor 1 maart de begroting voor het lopend boekjaar vast op voorstel van de penningmeesters en na advies van de financiële commissie.

5.1.3 Voorafgaande aan de vaststelling van de begroting leggen de penningmeesters op dezelfde vergadering het financieel verslag van het afgelopen boekjaar ter goedkeuring voor. De ledenvergadering beslist hierover na advies van de financiële commissie.

5.1.4 De penningmeesters maken de voorgestelde begroting, het financieel verslag en (zo mogelijk) een motivatie van beide tenminste zeven dagen voor de dag waarop de ledenvergadering beslist over de begroting en het financieel verslag, schriftelijk bekend aan de leden.

5.1.5 Bij wisseling tijdens het boekjaar blijft de aftredende penningmeester verantwoordelijk voor de financiën over dat gedeelte van het boekjaar dat hij in functie was. Deze verantwoordelijkheid eindigt op het moment dat het financieel verslag van het boekjaar waarin hij is aangetreden, wordt goedgekeurd door de ledenvergadering.

5.1.6 In september brengen de penningmeesters een halfjaarlijks verslag ter tafel.

5.1.7 De ledenvergadering kan tijdens het boekjaar de begroting wijzigen. Dit punt moet dan vermeld zijn op de voorlopige agenda voor deze vergadering.

5.2 Inkomsten

5.2.1 De geldmiddelen kunnen voortvloeien uit:
a. contributies;
b. hoofdelijke omslagen;
c. boetes;
d. subsidies, schenkingen, erfstellingen en legaten;
e. andere inkomsten;

5.2.2 De contributies voor het lopende boekjaar worden door de ledenvergadering vastgesteld tegelijk met de begroting, op voorstel van de penningmeesters, na advies van de financiële commissie.

5.2.3 De contributies worden geïnd door de penningmeesters.

5.2.4 De contributies kunnen in twee termijnen worden betaald: De eerste termijn moet zijn betaald voor of op 1 april en de tweede voor of op 1 oktober van het lopende boekjaar.

5.2.5 Zij die lid zijn op 1 januari betalen contributie over de eerste termijn van het boekjaar. Zij die lid zijn op 1 juli betalen contributie over de tweede termijn van het boekjaar.

5.2.6 Wanneer het lidmaatschap wordt beëindigd is de betrokkene verplicht al zijn financiële verplichtingen aan de vereniging binnen één maand na te komen, tenzij hij een regeling heeft getroffen met de penningmeesters, zoals geregeld in artikel 5.2.15.

5.2.7 De kennismakers betalen een vergoeding voor de ten behoeve van hun kennismaking gemaakte kosten. De hoogte van deze vergoeding wordt vastgesteld door de ledenvergadering op voorstel van de kennismakingscommissie.

5.2.8 In geval van financieel tekort kunnen de penningmeesters bij de ledenvergadering een voorstel tot hoofdelijke omslag indienen. De ledenvergadering beslist hierover na advies van de financiële commissie. Dit punt wordt vermeld op de voorlopige agenda.

5.2.9 Wanneer de ledenvergadering besluit tot een hoofdelijke omslag, moet deze worden betaald binnen twee maanden na dit besluit. Het bedrag van deze hoofdelijke omslag wordt met telkens 20 procent vermeerderd voor elke maand of een gedeelte daarvan dat het te laat wordt betaald.

5.2.10 De penningmeesters stellen de uiterlijke datum van betaling van enige financiële verplichting vast, voor zover dit niet elders geregeld is. Een lid dient ten minste één maand voor de datum van betaling van enige financiële verplichting aan de vereniging van deze verplichting op de hoogte gesteld te worden.

5.2.11 Wanneer een lid voor of op de uiterlijke datum van betaling van enige financiële verplichting aan de vereniging niet voldaan heeft, wordt een herinnering aan de betrokkene gestuurd.

5.2.12 Wanneer een lid twee maanden na uiterlijke datum van betaling van enige financiële verplichting aan de vereniging niet voldaan heeft, dan wordt een boete opgelegd van twintig procent van het te betalen bedrag. Het betrokken lid wordt hiervan schriftelijk op de hoogte gesteld.

5.2.13 Wanneer een lid vier maanden na uiterlijke datum van betaling van enige financiële verplichting aan de vereniging niet voldaan heeft, dan kan het bestuur het betrokken lid schorsen. Men wordt geschorst voor de tijd waarin men nog niet aan zijn financiële verplichtingen heeft voldaan, echter met een minimum termijn van veertien dagen en een maximum termijn van drie maanden. De namen van de geschorste personen worden schriftelijk aan de vereniging bekend gemaakt.

5.2.14 Wanneer een lid zes maanden na uiterlijke datum van betaling van enige financiële verplichting niet aan deze verplichting heeft voldaan, kan het bestuur de betrokkene van het lidmaatschap vervallen verklaren. Het bestuur maakt de namen van de betrokkenen aan de vereniging bekend en stelt de ledenvergadering van de motieven op de hoogte. De betrokkene wordt zo spoedig mogelijk schriftelijk van dit besluit, met opgaaf van redenen, in kennis gesteld. Hij kan binnen één maand na ontvangst van de kennisgeving van het besluit, in beroep gaan bij de ledenvergadering door dit schriftelijk aan het bestuur bekend te maken. De eerstvolgende ledenvergadering na ontvangst van het beroepsschrift besluit met twee/derde meerderheid over het al dan niet vervallen verklaren van het lidmaatschap van de betrokkene. Dit besluit is bindend. Gedurende de beroepstermijn en hangende het beroep is het betrokken lid geschorst.

5.2.15 De penningmeesters besluiten over gehele of gedeeltelijke vrijstelling van betaling van financiële verplichtingen aan de vereniging. Deze vrijstelling of dit uitstel kan worden verleend in geval van onvermogen of overmacht. De penningmeesters zijn ten aanzien van vrijstelling, uitstel en correspondentie hierover geen verantwoording schuldig aan de ledenvergadering. Zij zijn verplicht de namen van hen die om vrijstelling en uitstel verzochten geheim te houden.

5.2.16 Degene die enige geldige verplichtingen aan de vereniging niet of niet tijdig nakomt, kan daartoe door alle wettige middelen worden genoodzaakt. De kosten daarvan komen voor rekening van de nalatige.

5.2.17 Toestemming van de ledenvergadering is vereist voor:
a. het aanvaarden, kopen, verkopen, leasen en huren van onroerende goederen en/of registergoederen;
b. het aanvaarden of afwijzen van subsidies, erfstellingen en legaten;
c. uitgaven die het bedrag van 1500 gulden overschrijden. De ledenvergadering kan hier een ontheffing voor verlenen. Van uitgaven die het bedrag van 1000 gulden overschrijden, dient op de eerstvolgende ledenvergadering melding te worden gemaakt.

5.2.18 Voor het aangaan van geldleningen is toestemming van de financiële commissie en de ledenvergadering vereist.

5.2.19 Fondsen ten behoeve van zaken aangaande de vereniging kunnen alleen door de ledenvergadering worden ingesteld. Bij het instellingsbesluit moeten het beheer van het betreffende fonds en de verantwoordelijkheid van de beheerder(s) nauwkeurig worden omschreven.

6 Slotbepalingen

6.1 Wijzigingen en dispensatie

6.1.1 Het huishoudelijk reglement en het sociëteitsreglement kunnen door de ledenvergadering worden gewijzigd. Dit punt moet worden vermeld op de voorlopige agenda voor de betreffende ledenvergadering. Het voorstel tot wijziging dient uiterlijk zeven dagen voor de dag waarop de ledenvergadering beslist over de wijzigingen, bekend gemaakt worden aan de vereniging. Overigens geldt voor de wijzigingen het bepaalde in artikel 11 van de statuten.

6.1.2 Behoudens het geregelde in artikel 6.1.3 kan in noodgevallen van een artikel of een gedeelte van een artikel van het huishoudelijk reglement of het sociëteitsreglement dispensatie worden verleend door de ledenvergadering. De tijdsduur van de dispensatie moet bij de verlening ervan nauwkeurig worden aangegeven. Dispensatie kan alleen worden verleend voor een tijdsperiode na het besluit tot dispensatie. Een besluit tot dispensatie kan slechts worden genomen indien twee/derde der stemgerechtigde aanwezige leden zich hiervoor uitspreekt. Dispensatie kan alleen worden verleend op voorstel van het bestuur, of op schriftelijke voorstel van minstens één/vierde van het aantal stemhebbende leden.

6.1.3 Dispensatie kan niet worden verleend van hoofdstuk 1 en alinea 6.1. Dispensatie kan niet worden verleend van artikelen indien hierdoor strijdigheid met het Burgerlijk Wetboek en/of de statuten zou optreden.

6.2 Inwerkingtreding

6.2.1 Dit huishoudelijk reglement treedt in werking op de dag na goedkeuring door de ledenvergadering.

Alsof iemand ooit de tekst onderaan een pagina leest schrijf ik hier dat de SPG (of wie dan ook) niet verantwoordelijkheid gehouden kan worden voor de juistheid van deze gegevens.